Adverteren in HRLM?

Iedereen is welkom in de fantasiewereld van Steef de Jong, HRLM86

Operettevernieuwer Steef de Jong heeft als voornemen om vrolijke  en zelfverzonnen verhalen weer op het Nederlandse toneel te brengen.  Begin mei ontving hij de prestigieuze Johan Kaart Prijs voor zijn onderscheidende werk in de theaterwereld.

“Het is juist zo leuk, dat ongrijpbare zijn”, zegt Steef terwijl hij in zijn dromerige atelier aan  tafel zit. De ruimte is groot, licht en staat vol met allerlei decorstukken gemaakt van karton. De twee grote kartonnen vazen met een Chinese uitstraling vallen meteen op. Steef won recentelijk de Johan Kaart Prijs. Een entertainmentprijs voor mensen die in theater zitten,  maar niet echt in een hokje te plaatsen zijn. Grote namen zoals Brigitte Kaandorp en Pierre Bokma gingen hem voor.  “Ik was met stomheid geslagen toen ik hoorde dat de jury de prijs aan mij wilde geven.”

Knipsels, potloden en verfvlekken
Zijn liefde voor operette komt bij zijn opa en oma vandaan. Steef loopt naar een grote stelling die bomvol staat met boeken, knutselspullen en grammofoonplaten. Hij pakt een bruingekleurde elpee en legt hem op tafel. “Deze, met daarop het Wolgalied van Marco Bakker, mocht ik van ze houden, die draaiden ze namelijk niet. Toen ik deze plaat voor het eerst hoorde, was ik verkocht.” Als kind luistert Steef veel naar operette en op latere leeftijd gaat hij zich steeds meer verdiepen in het genre. Op zijn middelbare school, het Coornhert Lyceum in Haarlem, leert hij het toneelspelen pas echt ontdekken. Samen met vrienden initieert hij het concept Open Podium, waarbij een groep leerlingen elk jaar een musical schrijft. Daarbinnen vallen ook verschillende acts. “We maakten de decors en kostuums helemaal zelf.  Tijdens de Nederlandse les schreven we wat en legden we het voor aan onze docent ter goedkeuring.” Het concept van het Open Podium is nog steeds in gebruik.

Na de middelbare school is het duidelijk dat Steef toneelspeler wil worden. “Mijn toelating bij de Toneelschool ging helaas niet lekker. Daar heb ik veel moeite mee gehad”, vertelt hij nadat hij een slok van zijn koffie heeft genomen. Gelukkig maakt de teleurstelling snel plaats voor enthousiasme. Hij vertelt namelijk dat hij daarna snel tot de conclusie komt dat hij zichzelf  niet elke dag ziet acteren. Zo komt hij terecht bij de Gerrit Rietveld Academie in Amsterdam. Daar is hij gelijk op zijn plek. “Ik kon alles doen. Tekenen, schilderen, bouwen en met klei rommelen.” Dat is dan ook terug te zien in zijn atelier.  Achter hem staat een grote tafel vol met knipsels, potloden en verfvlekken. Hier zie je zijn fantasie tot leven komen.

Onvervalste romantiek
Na het afronden van zijn studie begint de zoektocht naar de niche die hij inmiddels meester is. “Ik wilde muziek combineren met theater en kunst, dat was duidelijk”, zegt Steef. “Toch kon ik die puzzel in mijn hoofd niet maken.” In zijn studententijd gaat hij vaak voor een klein prijsje naar de opera in Amsterdam. Dat vindt hij helemaal geweldig. “Daar kwam alles samen”, vertelt hij met opgewekte stem. “Muziek, theater, fantasie en beeld.” Alleen is het concept van een opera te veel voor hem. Hij omschrijft het als te groot en te zwaar. Op dat moment denkt hij weer aan de grammofoonplaten van zijn grootouders. “Bij operette kwam alles samen waar ik van houd en het was allemaal minder serieus. Toegankelijk voor iedereen.”

De Johan Kaart Prijs ontvangt Steef omdat hij operette als het ware een nieuw leven heeft ingeblazen. In de jaren negentig dreigt operette namelijk te verdwijnen van de Nederlandse planken. “Mensen interesseerden zich er niet meer voor”,  legt hij uit. “Men vond het oubollig, truttig  en veel mensen wisten niet eens meer wat het was.” Hij vindt het onbegrijpelijk dat mensen niet warmlopen voor onvervalste romantiek. “De liefde die ik voor operette heb is bloedserieus.” Hij maakt het zijn missie om de operette naar zijn eigen hand te zetten en het gat op te vullen. Het is erg zoeken, maar Steef zet stug door aangezien hij de schoonheid er nog steeds van inziet. Hij loopt alle kringloopzaken af en koopt elke operetteplaat die hij kan vinden. Hij wijst naar de grote stellingkast achter hem en begint te vertellen over zijn zeer geliefde theaterstuk De Dappere Soldaat. “Ik ging door de kast heen toen mijn oog  viel op The Chocolate Soldier, een Engelse versie van de Duitstalige operette Der tapfere Soldat.  Allereerst luister ik naar een plaat,  en als het me prikkelt, ga ik verder denken over het verhaal. De muziek is mijn basis.  Als ik dat niets vind, dan kan ik er ook niets mee.” Het mooiste vindt hij als de muziek overal tussenin zit. “Dat je voelt dat het niet klassiek is en ook geen popmuziek, maar ergens er tussenin.”

Prentenboek
Als de muziek eenmaal tot hem is doorgedrongen, begint het creatieve proces. In zijn atelier, een pakhuis dat creativiteit en warmte uitstraalt, worden de ideeën voor het decor geboren aan de grote knutseltafel in de hoek van de ruimte. “Ik begin gewoon een beetje te knutselen en tekenen. Het is belangrijk dat ik het voor mij zie.” Steef werkt vanuit zijn hoofd, dat is snel duidelijk. Alles wat hij denkt, wordt in deze ruimte tot leven gebracht. Hij laat zich inspireren door platen, mensen en de acteurs met wie hij samenwerkt. “En ook door pop-upboeken”, voegt hij toe, terwijl hij opnieuw richting de boeken in de overvolle stellingkast wijst. De kast lijkt bijna een reflectie van zijn gedachten.

Wie wel eens naar de theaterstukken van Steef heeft gekeken, weet dat hij zijn decors volledig maakt van karton. Op deze manier weet hij het effect te creëren van zijn geliefde pop-upboeken. “Eigenlijk gebruik ik karton omdat het een gemakkelijk materiaal is”, zegt hij met een lach. Hij loopt door naar een andere ruimte in het pakhuis waar al zijn kartonnen decors staan opgeslagen, klaar om nog een keer gebruikt te worden. Er ligt een aantal plastic zeilen over de grote stapels karton. “Het dak lekt helaas”, laat hij weten terwijl hij naar het raam in het dak wijst en terugkeert naar de vraag. “Ik wil dat mijn voorstellingen het idee van een prentenboek geven, alsof je door de voorstelling heen bladert. Het verhaal ontvouwt zich letterlijk.”

De bezoeker meekrijgen in water in zijn hoofd en fantasiewereld gebeurt, is voor Steef van belang. “Bij de De Dappere Soldaat heb ik tegen de acteurs gezegd hoe goed ze het overbrachten.” De acteurs met wie hij werkt spelen vaak meerdere rollen. Geweldig noemt hij het feit dat de acteurs zich elke keer weer in een oogwenk kunnen vormen tot een ander personage. Hij laat het kleine theater zien dat ook nog in het pakhuis is te vinden. Er liggen zelfgemaakte kostuums en er staan rijen stoelen en natuurlijk kartonnen decor. Hij blikt terug op tien jaar geleden, denkend aan zijn eerste show. “De manier om het verhaal te vertellen is steeds beter geworden”, zegt hij. “Dingen uitvouwen en de fantasiewereld zijn gebleven. Het fundament is sterk, maar ik blijf toch zoeken naar hoe ik het decor kan aanpassen naar de grote podia waar we nu op spelen.”

Über-romantiek
Momenteel is Steef bezig met het maken van een show voor kinderen van zes jaar en ouder. Een heel andere tak van sport, maar hij vraagt zich af of hij ook anders te werk zal gaan. “De manier van decor maken blijft hetzelfde, maar het verhaal pas ik natuurlijk aan”, zegt hij. Hij is van mening dat kinderen en volwassenen hetzelfde kunnen ervaren, maar op een andere manier. “Kinderen kunnen heel gemakkelijk fantaseren”, zegt hij terwijl hij met de koffiemok tussen zijn handen nadenkt.  “Als volwassene wordt dat fantaseren eigenlijk steeds minder gebruikelijk. Jammer eigenlijk, als ik er zo over nadenk.” Zijn uiteindelijke doel is om de operette in Nederland opnieuw op de kaart te zetten. Hij hoopt dat de waardering voor deze muziekvorm terugkomt. “Het is eigenlijk een heel vreemd genre”, zegt hij. “Musicals zijn erg geliefd in ons land, maar wat maakt een operette nou anders dan een musical?” 

Hij vertelt over de über-romantiek die hij op de platen hoort.  Volgens hem hebben musicals toch een zekere vorm van  realisme, een verhaal dat mensen zou  kunnen overkomen. “Bij een operette  zien mensen elkaar twee seconden en worden ze meteen hopeloos verliefd.  Eigenlijk is het belachelijk”, zegt hij grinnikend. Toch kan een bezoeker zich bij Steef laten meevoeren in een fantasiewereld waar  alles mogelijk is. “Er hoort gewoon een  soort van eigenaardigheid in te zitten.”

 

Tekst: Victoria van der Werff
Beeld: Stefan Rustenburg

Iedereen is welkom in de fantasiewereld van Steef de Jong, HRLM86

NIEUWSBRIEF

Schrijf je in op onze nieuwsbrief en we houden je op de hoogte van interessante nieuwtjes uit het Haarlemse.