Adverteren in HRLM?

Later als ik groot ben, HRLMtje 14

“Ik word later politie-agent of dokter…of ik word juf!” Sinds Tijn naar de basisschool gaat is juf zijn grote held. Met Sint-Maarten wilde Tijn graag zingen voor juf, met Pakjesavond vroeg Tijn steeds of juf ook nog kwam en onder de kerstboom werd gezocht naar een cadeautje met de letter van juf erop. Alles wat juf zegt en doet maakt veel indruk. Het is voor mij weer een bevestiging dat je als leerkracht zo betekenisvol bent in het leven van jonge kinderen en een van de belangrijkste motoren bent achter hun ontwikkeling. Dat maakt het beroep zo mooi. Het plezier waarmee Tijn naar school gaat bevestigt dat we hebben gekozen voor de juiste basisschool. Dat was namelijk best nog een ding. Hoewel een school op de hoek van de straat misschien praktisch is, ben ik mijn ouders nog altijd dankbaar dat zij veertig jaar geleden ervoor hebben gekozen om mij vanuit Haarlem-Noord naar een kleine openbare school in Bloemendaal te laten gaan. Dezelfde school waar ik jaren later terug zou komen om te werken als leerkracht en die ik ook mijn eigen kind zou gunnen. Maar is dat verstandig? Zou Tijn het leuk vinden om naar dezelfde school als papa te gaan en wat zullen andere ouders ervan vinden dat hun kind misschien in de klas bij de zoon van de meester terechtkomt? Vragen en daarmee ook twijfels. Ik besloot daarom de keuze voor de basisschool over te laten aan de mama’s en Marcel. Zij zijn het afgelopen jaar op zoek gegaan naar de juiste plek voor Tijn, de plek waar hij een groot deel van zijn jeugd gaat doorbrengen. Diverse scholen werden bezocht. Haarlem viel af vanwege de onvoorspelbaarheid van het plaatsingsbeleid, de ene school was te groot, de andere oogde rommelig of was weinig vooruitstrevend qua onderwijs. De zoektocht werd afgesloten met een bezoek aan mijn werkplek. Toen was de keuze door Marcel en de mama’s snel gemaakt.
En zo gebeurde het dat ik Tijn, na de herfstvakantie, tussen Marcel en de mama’s in, het schoolplein op zag stappen waar ik veertig jaar geleden ook als peuter liep. Een bijzonder moment. Al mijn twijfels vielen weg, hij hoorde hier (ook) gewoon thuis. Bovendien is het een enorme rijkdom om Tijn nu bijna dagelijks te kunnen zien en niet alleen op de dagen dat hij
bij ons slaapt. En Tijn? Die heeft er niks van als hij mij bij toeval treft in de gang of op het plein.
Hij gaat helemaal op in zijn eigen belevingswereld waarin, naast juf, hijzelf ook de held is.
Zo hadden we laatst een brandoefening, waarbij we op het plein verzamelden. Ik stond met mijn klas al buiten, klaar om ook Tijn eventueel op te vangen, mocht hij overstuur zijn van het alarm. Niks was minder waar.
Tijn kwam lachend en zwaaiend de school uit, pauzeerde nog even op het bordes voordat hij mij passeerde. “He Tijn!” zei ik. “Niet nu papa, alle kinderen staan naar mij te zwaaien, ze zijn blij dat ik er ben”, antwoordde hij, terwijl hij stralend en zelfverzekerd verder liep.
De start op school in een periode met allerlei feestelijkheden in de decembermaand, heeft meteen een stempel gedrukt op Tijns taalontwikkeling. Zo praat Tijn sinds het Sinterklaasfeest vaak in rijmwoorden: “Kijk papa’s schappa’s! Trixy die schattie patattie, heeft op het kattie bakkie een kleine stinkie winkie gedaan.” De Sinterklaasliedjes werden veelvuldig en nog tot half januari gezongen, waardoor Tijn, naar eigen zeggen, last van zijn keel en een “goor stemmetje” kreeg. Ook de Goedheiligman zelf kreeg bij zijn bezoek aan onze school meteen te maken met de jongste kleuter, want Tijn wilde wel even weten waarom hij nog niet zijn letter, de T van Tijn,
in zijn schoen had gevonden.
Tijn is sinds hij weet dat hij naar school mag bezig met het thema groot worden of een grote jongen zijn. Het ledikant waarin hij nog sliep was opeens te klein en er moest een grote jongensbed komen. De paar weken opvang die nog gepland stonden, waren niet meer leuk, want naar de opvang ga je toe als je baby bent. Ook was bepaald speelgoed van de ene op de andere dag uit de gratie. We hebben ook ons voordeel gedaan met ‘het groot willen zijn’. Zo hebben we afscheid genomen van ‘de mimi’ (Tijns speen), “Want die is alleen voor baby’s” en kwam het zindelijk worden in een stroomversnelling, want Tijn:
“Grote jongens kunnen alles zelf op de wc”. Ook hebben we sinds kort een slaap-schaap bij Tijns bed. Als het schaap de oogjes dicht doet ’s avonds gaat er een rood lampje branden op de grote jongens-bedtijd en dan is de afspraak dat we in bed blijven, tot het schaapje rond een uurtje of 7 ’s ochtends
de ogen opent en het lampje groen wordt.
Via de babyfoon zien we Tijn nu iedere ochtend gespannen dat moment afwachten,
hij schreeuwt het dan uit van enthousiasme:
“Ja groen!! Groen, het schaap is wakker,
we gaan eruit! We gaan naar school!”
Tijn staat net als het slaap-schaap meteen
aan, dat is heerlijk zoveel energie om de dag mee te beginnen, maar soms ook intens als
je niet echt een ochtendmens bent.
Tijn wil meteen naar beneden naar de kat, haar eten geven en de bak controleren,
hij wil boekje lezen, tekenen en het liefst
ook nog even de tv aan. Inmiddels hebben
we een prima modus gevonden om mee
te gaan in dit ochtendritueel. Terwijl Marcel
Tijn wast en aankleedt, sta ik Tijns tas in te pakken en brood te smeren. En ergens
tussen het wassen, aankleden en ontbijten
in, had Tijn opeens een rustmoment. “Mijn papa’s zijn lief”, concludeerde hij, terwijl wij druk voor hem bezig waren. “Later als ik
groot ben, verander ik in die papa (wijzend naar mij), of in die papa (wijzend naar Marcel). Word ik dan net zo groot als jullie, papa’s?” “Vast wel lieve Tijn, maar nu eerst lekker
naar school, nieuwe avonturen beleven als politie-agent of dokter, samen met juf!”
Later als ik groot ben, HRLMtje 14

NIEUWSBRIEF

Schrijf je in op onze nieuwsbrief en we houden je op de hoogte van interessante nieuwtjes uit het Haarlemse.