Adverteren in HRLM?

Darwin Sinke & Van Tongeren taxidermisten, HRLM 88

‘We tonen de schoonheid van dode dieren’

Geen opgezette huisdieren of mussen op een tak. Jaap Sinke en Ferry van Tongeren maken tableaus met niet gebruikelijke combinaties van exotische dieren. De taxidermisten laten zich inspireren door zeventiende-eeuwse schilders.
Darwin, Sinke & Van Tongeren taxidermisten is gevestigd op een bedrijventerrein in Haarlem. De grote werkplaats staat vol antiek en opgezette dieren. Aan de wand hangt een ornament van slangen, daartegenover een reuzenkrab. Een flamingo, pauw en kip staan naast elkaar op een kast. Aan het plafond hangt een vijf meter lange krokodil. Links van de entree is een grote ruimte met nog te gebruiken voorwerpen als glazen stolpen, vogelkooien, ijzeren kettingen, lijsten en kastdelen. Op de achtergrond klinkt een constant brommen van de vrieskisten waar dode dieren in liggen. Midden in het atelier staan diverse dino-skeletten, en een gigantische dino-schedel op een voet bekleed met roze velours. Jaap: “We zijn benaderd door een paleontoloog uit Italië en een geldschieter. Dit maakt het mogelijk een het dino collectie te maken op onze manier.”
De twee vrienden werkten beiden jarenlang als art director in de reclame. Veertien jaar geleden besloot Ferry (56) te stoppen. “Ik was klaar met die wereld.” Hij ging met zijn gezin een jaar reizen. Op Borneo hield hij een fotodagboek bij van ‘roadkills’. Op het eiland werd veel oerwoud gekapt voor palmolieplantages. Dieren gevlucht uit de jungle kwamen in botsing met het vrachtverkeer. “Langs de weg lagen platgereden exotische dieren zoals civetkatten, leguanen en apen. Totaal zonde, ik had hierdoor wel de kans om die dieren van dichtbij te bekijken. Wel even wat anders dan een overreden duif. Ik ben ze gaan fotograferen en raakte benieuwd hoe het zou zijn om ze op te zetten.” Terug in Nederland ging Ferry een jaar in de leer bij taxidermist Erwin van Zoelen. Uiteindelijk wist hij ook Jaap te enthousiasmeren voor het vak.
Veren en haren schilderen
Jaap (50): “We zijn al dertig jaar vrienden en hebben lang samengewerkt. In de reclamewereld ben je de hele dag van alles aan het bedenken. We weten precies wat de ander denkt of wil gaan zeggen, we zijn op elkaar ingespeeld.” Ze bespraken al vaker wat ze zouden gaan doen na ‘de reclame’. Diverse wilde plannen passeerden de revue. “We hebben onder meer overwogen gek beschilderde auto’s te verhuren. Ferry vertelde me wat hij leerde over het opzetten van dieren. Volgens hem kon dat veel mooier en bijzonderder. Het was een nog niet bewandeld pad, waar een kans lag.” Ze gaven elkaar twee jaar om te onderzoeken of de taxidermie echt iets voor ze was.
In het vak komen alle ambachten samen. Je bent kapper, beeldhouwer, schilder en chirurg tegelijk, meent Jaap. Eigenlijk wilde hij tekenaar worden. “Op de kunstacademie leerde ik anatomie tekenen, dat komt nu goed van pas. Als taxidermist moet je ook kunnen lassen en hout bewerken.” “Het villen en prepareren van de dieren doe ik” zegt Ferry, “maar er komt meer bij kijken. Wanneer het dier is opgezet, moet al het naakte vel waar geen veren of haren meer zitten geschilderd worden. Als de huid gelooid is wordt het zwart namelijk. De kleuren brengen we aan met penselen en oude schildertechnieken, laag over laag.” Jaap: “Meestal natuurgetrouw, maar niet altijd. Kippen bijvoorbeeld hebben felgele ogen. Ze kijken een beetje satanisch, dat vinden we niet mooi. Ik maak ze iets zachter van kleur.” Ferry vult aan: “Het gaat bij ons om de pose van het dier, als de ogen afleiden dan dringen we die terug.” Jaap: “We kijken naar het geheel. We zijn beiden geïntrigeerd door de schoonheid van dode dieren. De composities die we maken zijn ook niet natuurgetrouw. We kiezen ervoor om een pauw met een ibis samen te voegen op één ornament. Een ‘normale’ taxidermist zal dit niet snel doen. In de natuur leven deze vogels niet naast elkaar. Biologen ergeren zich hier kapot aan.”
Visuele impact en drama
De preparateurs halen inspiratie uit zeventiende-eeuwse schilderijen met dieren. In die tijd werden op schepen dieren uit alle windstreken meegenomen, vertelt Jaap. “Mensen wilden opscheppen met wat ze in Azië en Amerika allemaal hadden verzameld. Die dieren waren toen nog heel bijzonder. De barokke stijl van de schilderijen vinden we interessant. Niet alleen hoe dieren werden afgebeeld, maar ook mensen. De houding van een geportretteerde man bijvoorbeeld, die een appel plukt.” Jaap draait zijn romp iets naar links en steekt elegant een arm omhoog. “Een beetje sexy eigenlijk, dat is veel toffer om naar te kijken. Datzelfde geldt voor de houding van de dieren, er zit een verhaal in.”
Ferry: “De pose moet een visuele impact hebben, er hoort drama in te zitten.” “Een extra laag die het opgezette dier overstijgt om de schoonheid te tonen. Het dier in zijn optimale vorm zoals wij dat zien”, aldus Jaap. Ferry: “Op die oude schilderijen zie je hoe de schilders de bijzondere aspecten van het dier benadrukken. Als een vogel een mooie vleugel had, schilderden ze die geheel gespreid. Daar werd over nagedacht.” Jaap: “In één houding alle fraaie delen laten zien, dat proberen wij ook.” Volgens Ferry is het nodig om hiervoor de binnenkant van de dieren zelf te maken, een sculptuur te bouwen om ze die houding te kunnen geven. “In rust zal het dier nooit zo poseren, maar wat we maken is anatomisch wel mogelijk. Het is een houding die je in een beweging kan zien. Als het beeldhouwwerk klopt, kan ik de huid er zo overheen ‘schuiven’ en past ieder okseltje en kiertje precies.”
Ferry is naar eigen zeggen geboren voor het vak taxidermie. De opleiding vond hij fascinerend en het werk noemt hij fantastisch. Het is monnikenwerk. “Ik wist niet van mezelf dat ik dat kon. In de reclame had ik totaal geen geduld en hier zit ik dagen te pielen. Een dier villen betekent uren met een scalpeltje tussen de huid en het vlees snijden. Als dat goed lukt, ligt er uiteindelijk een huid met daarnaast een heel dier op de werktafel. Ik werk het liefst aan vogels, ze hebben de meeste magie in zich. Na het wassen en föhnen van de veren komt het verenkleed weer helemaal tot leven. Het kleurverloop is van dichtbij echt fenomenaal.” Jaap: “Daar kan je niet tegenop schilderen. Vogels vind ik afstandelijker dan bijvoorbeeld herten. Ze zijn meer decoratief en daardoor minder emotioneel voor mij.” “Een aap komt echt dicht bij een mens”, zegt Ferry. “Het uitvillen van een apenhandje is wel wat anders dan een vleugel bewerken. Er ligt een soort minimensje op je werkblad. Het is onwaarschijnlijk hoeveel we op elkaar lijken.”
Handel in exotische diersoorten
Met het opzetten van de meeste dieren heeft Ferry geen enkele moeite. Als de dieren vers zijn ingevroren stinken ze niet tijdens het prepareren, vertelt hij. Hooguit ruikt het naar vlees zoals bij de slager. Slangen villen vindt hij minder prettig. “Die stinken, vooral aan de binnenkant. Eigenlijk hebben alle reptielen een specifieke geur, niet fijn.” Jaap en Ferry halen de dode dieren bij kwekers en dierentuinen in heel Europa. In Nederland zijn veel tropische vogelkwekerijen, met name in Brabant en in het oosten van het land. De handel in exotische diersoorten is gereguleerd. Daar zijn internationaal afspraken over gemaakt. “Papegaaien en toekans bijvoorbeeld komen niet meer rechtstreeks uit de jungle, maar bij de kweker vandaan”, vertelt Ferry. “Overal heb je tegenwoordig papieren voor nodig en alle vogels moeten geringd zijn. De ‘uitval’ bij de kweker nemen wij over. We hebben voldoende aanvoer, er gaan iedere dag dieren dood. Wilde dieren zoals tijgers zitten in fokprogramma's. Ze worden gefokt om de soort in het wild in stand te houden. De dieren gaan de hele wereld over. Ook dierentuinen wisselen gefokte, jonge zeldzame dieren uit om de genenpool divers te houden.”
Alle tableaus worden door Jaap en Ferry bedacht en gecreëerd. Ze werken ook in opdracht, maar bepalen zelf de uitvoering. Jaap: “Meestal krijgen we de vraag iets te maken voor een bepaalde plek. Ter plaatse bekijken we wat de mogelijkheden zijn. Sommige opdrachtgevers hebben een duidelijke voorkeur voor specifieke dieren. Wij beslissen hoe het geheel eruit gaat zien. Voor zo'n opdracht maken we wel schetsen vooraf. De ervaring leert dat hoe meer betrokken de opdrachtgevers raken, hoe sneller wij afhaken. Toen we uit de reclame stapten, hebben we afgesproken nooit meer met ‘assholes’ te werken en niet meer te vergaderen. Als mensen vervelend zijn, dan stoppen we ermee.”
Bibliotheek aan creativiteit
Terwijl Ferry de dieren prepareert, tekent, schildert en kleit Jaap details voor de composities. Daarnaast fotografeert hij het hele proces. Ook is Jaap verantwoordelijk voor het aanvragen van vergunningen en het verschepen van de tableaus naar klanten over de hele wereld. Daar komen een hoop regelgeving en administratieve beslommeringen bij. Zo ook tijdens de inschrijving bij de Kamer van Koophandel in 2012. “Darwin, Sinke & Van Tongeren vonden we een leuke naam, maar we hadden er gelijk spijt van bij het inschrijven. Het was meteen gezeik. Bij het noemen van onze bedrijfsnaam vroeg de man achter de balie: ‘Waar is Darwin? Jullie moeten hier allemaal tekenen.’ Ik legde uit dat Darwin dood is. Zijn reactie was dat we ons niet konden inschrijven omdat we ons anders voordeden dan we zijn, namelijk met drie oprichters in plaats van twee. Ferry liep al naar buiten, die haakte af. Uiteindelijk is het toch goed gekomen na het ondertekenen van een speciaal formuliertje.”
Zonder vijfentwintig jaar ervaring in de reclame zouden ze dit werk niet kunnen doen, meent Jaap. “We beheersen daardoor zoveel ‘skills’, alles wat je nodig hebt om een visueel bedrijf neer te zetten. We hebben gevoel ontwikkeld voor wat wel en niet werkt en kunnen snel beslissingen nemen.” Ferry: “Toen we hier aan begonnen, konden we niet overzien waar dit werk toe zou leiden. Hoeveel tijd zou erin gaan zitten en wat zou zo’n tableau uiteindelijk moeten kosten bij verkoop? Door onze ervaring in de reclame konden we wel inschatten dat dit bedrijf bestaansrecht heeft. We zitten natuurlijk in een niche van een niche.” Jaap: “Beiden hebben we een bibliotheek aan creativiteit van anderen in ons hoofd. We weten wat er al is gemaakt. Dat neem je mee in de besluiten om tot eigen werk te komen. Er zijn nog zoveel mooie creaties die we willen maken.” Ferry: “Ideeën genoeg, we hebben alleen een gebrek aan tijd.”

Tekst: Meta van der Meijden Fotografie: Christhilde Klein

Darwin Sinke & Van Tongeren taxidermisten, HRLM 88

NIEUWSBRIEF

Schrijf je in op onze nieuwsbrief en we houden je op de hoogte van interessante nieuwtjes uit het Haarlemse.